Baccarat Termen + Gratis Baccarat spelen

Hieronder een verklarende woordenlijst van alle Baccarat en Punto Banco termen. Veel van deze termen zijn in het Engels of het Frans en ze zijn gerangschikt in alfabetische volgorde.

Baccarat – Kansspel met kaarten van Franse origine. Een hand met een puntenaantal van 0, de slechtst mogelijke hand.
Baccarat Banque – Variant op het standaard Baccarat kaartspel, ook wel ‘a deux tableaux’ genoemd. Deze versie van baccarat vind je terug in Amerikaanse casino’s. Bij Baccarat Banque is het alleen mogelijk om in te zetten op de Baccarat handen van andere spelers.
Banco – Banker.
Branden of Burn – Een kaart uit het spel halen.
Coup – De Franse term die wordt gebruikt voor een ronde van baccarat
Callman: De medewerker van het casino die de kaarten draait en de punten roept, en ook het spelverloop bepaalt volgens de baccarat regels. Wordt ook wel croupier genoemd.
Croupier: – Het Franse woord voor de ‘callman’.
Chemin De Fer – Dit is een meer ingewikkelde versie van baccarat die vooral in Europese casino’s wordt gespeeld. Er zijn hier meer speler die meedoen aan tafel. Wordt ook wel Baccarat en Banque of Railroad genoemd.
Carte – De Franse term voor kaart, gebruikt om een kaart aan de dealer te vragen.
Commissie – Tijdens baccarat zul je 5% commissie moeten betalen als je inzet op de bank en de bank wint.
Dealer – De persoon die de kaarten uitdeelt.
Draw – Een kaart trekken.
Down Card – Een omgedraaide kaart. Soms wordt de down card ook wel een hole card genoemd.
Eenheid – De waarde van de chips waarmee de gokker besloten heeft te spelen.
Face cards – Boer, Vrouw en Heer.
Flat Bet: Als een speler elke ronde, hetzelfde bedrag inzet.
Hand – De kaarten die tijdens één speelronde van baccarat worden gedeeld.
House Edge – Het voordeel dat het casino heeft ten opzichte van de speler. Kortom, het huisvoordeel is de marge die is gebouwd om een winst voor het casino te garanderen, ongeacht de uitkomst van de hand.
High roller – Speler die met een veel hogere inzet speelt dan de gemiddelde speler. Deze high rollers zullen vooral te vinden zijn bij een live online casino spel, door de hogere maximale inzetlimieten. Baccarat is een spel dat synoniem is voor high-rollers
La Grand Natural – De winnende hand bij baccarat – twee kaarten die samen negen punten waard zijn.
Le Petit Natural – De tweede winnende hand bij baccarat – twee kaarten die samen acht punten waard zijn.
Mini-baccarat – Een kleinere versie van baccarat die werd gebruikt om het spel populair te maken in alle casino’s. Mini baccarat is minder groot, met 7 spelers aan de tafel. Het heeft veel lagere minimumbets, en in een live casino is er maar een dealer die de bets beheert, de kaarten trekt en daarnaast het hele spelverloop in de gaten houdt.
Monkey – Term voor een plaatje of een tien.
Opmaak – De gemarkeerde ondergrond waarop het spel wordt gespeeld (layout).
Punto Banco – Bij deze variant draait het allemaal om het inschatten wie de grootste waarde in de hand heeft, jij als speler of de bank. Iedere speler en de croupier kan een weddenschap plaatsen op de speler (“Punto”), op een gelijkspel of op de bank (“Banco”). Besluit je om in te zetten op een gelijkspel, dan ga je er van uit dat jij en de bank dezelfde waarde hebben.
Player – De term kan een beetje misleidend zijn, omdat de meeste mensen zouden denken dat het verwijst naar de deelnemers aan het spel. Dit is echter een van de drie beschikbare weddenschappen bij Baccarat. Spelersweddenschappen betalen 1:1 uit en het huisvoordeel is iets meer dan 1%. Spelersweddenschappen zijn het tegenovergestelde van bankweddenschappen. De persoon die het spel speelt, wordt een Punter genoemd.
Palette – Een grote houten stok dat gebruikt wordt door de dealers. Hiermee kunnen ze gemakkelijker de kaarten op tafel plaatsen.
Stand – Dit zeg je als je je hand accepteert en geen nieuwe kaarten meer neemt.
Slof – De slof wordt ook wel ‘shoe’ genoemd en is de doos waar de dealer de kaarten uit haalt. In online casino’s wordt de slof ‘geautomatiseerd’ aangezien het door software uitgevoerd wordt.
Systeem – Een methode om te spelen of in te zetten.
Tie Bet – Dit betekent letterlijk gelijkspel en je kunt hier als speler op inzetten als je denkt dat Player en Banker hetzelfde aantal punten zullen hebben.
Upcard – Een kaart die open op de tafel ligt.